Hoe ver strekt de invloed van het Midden-Oosten in de Formule 1?
De megadeals die de Formule 1 sluit met landen in het Midden-Oosten zijn al langer een onderwerp van discussie, maar die discussie is na de raketaanval in het weekend van de Grand Prix van Saoedi-Arabië opnieuw opgelaaid. Sommige Arabische landen hebben veel invloed in de Formule 1, maar wanneer wordt het teveel? We bekijken hoe ver de invloed van deze landen strekt in de koningsklasse van de autosport.
Grote invloed Saoedi-Arabië in F1
De beslissing om de Grand Prix van Saoedi-Arabië door te laten gaan - ondanks de raketaanval op zo’n tien kilometer van het circuit – kon op de nodige kritiek rekenen van Formule 1-kijkers wereldwijd. De verschillende teambazen gingen vrij snel overstag, maar waar zij de situatie vanuit een zakelijk oogpunt bekeken, deden hun coureurs dat niet. Met de zeer lange vergadering die volgde bezorgden de coureurs de F1-bazen het zweet op het voorhoofd. Pas om half drie ’s nachts maakten ze bekend dat ze, ondanks de eerder aanwezige bezwaren, zouden racen.
Het feit dat de doorgang van de race van zo’n groot belang was voor Formule 1-kopstukken Stefano Domenicali, Mohammed Ben Sulayem en Ross Brawn, licht een tipje van de sluier voor wat betreft de grote invloed die Saoedi-Arabië uitoefent op de sport. Tel daarbij de ongekende deal op van 55 miljoen dollar per jaar die de Grand Prix voor de komende tien jaar moet veiligstellen en er begint zich een aardig beeld te vormen.
Aramco heeft grote aanwezigheid in F1
De invloed van Saoedi-Arabië gaat echter veel verder dan de Grand Prix. Het bekendste voorbeeld is de sponsordeal met de Saoedische oliemaatschappij Aramco, die eveneens voor tien jaar werd vastgelegd. Daarvoor zou Aramco grofweg 450 miljoen dollar neertellen, wat neerkomt op 45 miljoen dollar per jaar. De overeenkomst vormde tevens de bodem voor de Grand Prix van Saoedi-Arabië.
Naast de Formule 1 zelf is Aramco sinds dit jaar ook titelsponsor van Aston Martin, dat zijn naam veranderde in Aston Martin Aramco Cognizant Formula One Team. Daarmee blijft de Saoedische oliegigant zijn aanwezigheid in de koningsklasse van de autosport uitbreiden.
Aston Martin is niet het enige F1-team dat nauwe banden heeft met Saoedi-Arabië. Zo heeft Mercedes-titelsponsor Petronas twee joint ventures met Aramco. Ook Mercedes-partner INEOS is een samenwerking aangegaan met de oliemaatschappij, met als doel om fabrieken in Saoedi-Arabië te bouwen. Daarvoor zou INEOS zo’n 2 miljard dollar hebben geïnvesteerd in het land.
Meer Saoedische invloeden in F1 dan Aramco
De Saoedische aanwezigheid in de Formule 1 beperkt zich echter niet tot Aramco. Zo is Ferrari-sponsor Shell nauw verbonden aan Aljomaih Holding Company, dat eigenaar is van een menginstallatie voor smeerolie.
Ook bij McLaren is de Saoedische invloed niet ver te zoeken. De koninklijke familie Mumtalakat van Bahrein, een land dat zeer nauwe banden onderhoudt met Saoedi-Arabië, heeft een meerderheidsaandeel in het team. Het investeringsbedrijf van de familie is voor 56 procent eigenaar van de McLaren Group.
Alpine-sponsor DP World, een grote havenexploitant uit Dubai, heeft een langlopende overeenkomst met Saoedi-Arabië om de haven van Jeddah te moderniseren. Hier zou grofweg 500 miljoen dollar mee gemoeid zijn. Ook PKN ORLEN, hoofdsponsor van Alfa Romeo, heeft een overeenkomst met een dochteronderneming van Aramco.
Grands Prix in het Midden-Oosten smijten met geld
Het is dus vooral Saoedi-Arabië dat steeds prominenter aanwezig is in de Formule 1, maar ook andere landen in het Midden-Oosten breiden hun invloed uit. Het begon met de Grand Prix van Bahrein, die sinds 2004 op de kalender staat. Met een bedrag van 45 miljoen dollar per jaar telt de organisatie van die race bijna het dubbele neer van de gemiddelde Europese Grand Prix. Saoedi-Arabië legt daar nog eens 10 miljoen dollar bovenop.
Met bedragen van respectievelijk 40 miljoen en 55 miljoen dollar hebben ook Abu Dhabi en Qatar de sport een aanbod gedaan dat ze niet kan weigeren. Daarmee hebben beide locaties hun toekomst voor tien jaar veiliggesteld.
Voormalig Formule 1-baas Bernie Ecclestone mag dan de toon hebben gezet door de Grands Prix van Bahrein en Abu Dhabi aan de kalender toe te voegen, maar hij gaf eveneens aan dat hij twee races in het Midden-Oosten wel genoeg vond. De nieuwe eigenaren bij Liberty Media zien dat duidelijk anders. Nu rijst de vraag of de invloed van het Midden-Oosten in de koningsklasse van de autosport gaat stabiliseren of dat deze zich nog verder gaat uitbreiden.